Een grote vent als Tjalling zie je niet gauw over het hoofd, maar nu speurt de blik van werkleider Jelle van der Woude toch even door de bakkerij. Ach ja, daar zo in de hoek, Tjalling staat zojuist gebogen over de mengketel voor het deeg. ‘Vandaag gaan we speculaasjes bakken, maar dit deeg komt uit de koeling en is nog wat te stijf. Ik draai het even soepel’, legt hij uit. Met een kennersoog monstert Tjalling de bewegingen van de deegmassa: ‘Zo kan het wel’.
Tjalling werkt al ruim zeven jaar in de bakkerij van OlmenEs, sinds enkele maanden in het spiksplinternieuwe gebouw De Amelanchier, midden op het terrein.
Die plek heeft OlmenEs met opzet uitgekozen volgens Tjalling, want iedereen die langsloopt snuift dan de lucht van versgebakken brood op. ‘En daar word je blij van.’ Tjalling heeft nooit getaald naar ander werk op OlmenEs, het bakkersvak is hem op het lijf geschreven, vertelt hij. Toen hij nog thuis woonde, hielp hij zijn moeder altijd al met koekjes bakken. Het zat er dus al een beetje in. Samen koken vond hij ook zo leuk. ‘Ho ho, dat komt toch hoop ik niet in het verslag’, reageert de langslopende Jelle quasi verschrikt. ‘Straks staan de koks van OlmenEs aan je te trekken voor een baantje in de keuken, en ik wil je niet kwijt.’ Tjalling schiet in de lach, daar hoeft Jelle zich geen zorgen over te maken.
Maar nu moet hij toch eerst even aan de slag, want anders kunnen de anderen niet verder. Collega Rienk haalt het speculaasdeeg door de uitroller en Tjalling voert vervolgens de gesneden repen weer door de lopende band met afdrukvormpjes. Werkleider Jelle heeft intussen op de bakplaten amandelschaafsel uitgestrooid, zodat Hanneke, Femke en Merel met hulp van stagiaire Daphne de nog slappe deegkoekjes van Tjalling kunnen uitleggen. Een secuur werkje.
Broodbakkers en banketbakkers
De Amelanchier is opgedeeld in twee aparte bakkerijen: een voor de broodwaren en de ander voor het banket. In het oude gebouw liep alles nog door elkaar, vertelt Tjalling, wel gezellig druk, maar ook weleens te. Hier werkt het toch prettiger: veel meer ruimte en licht. Met Jelle heeft hij overlegd welke kant van het vak hij zou kiezen: banketbakker, daar waren ze eigenlijk zo uit. ‘Ik hou van het fijne werk.’ Hij is de specialist in het maken van Fryske Dúmkes: ingrediënten afpassen, mengen, op maat snijden, afbakken - de bewerking luistert nauw. Stempelkoekjes naar eigen OlmenEs recept maakt hij ook graag, laatst nog 800 stuks voor de Rabobank. ‘Dat komt ook heel precies. In het vanilledeeg stempel ik de naam van het bedrijf; druk je te hard dan ga je door het deeg heen, druk je te zacht dan zijn de letters weer niet leesbaar.’
Snoepen mag eigenlijk niet
De eerste bakplaten zijn ondertussen gevuld, Rienk schuift ze de oven in. ‘Tien minuutjes, dan zijn ze klaar.’ In de bakkerij verspreidt zich langzaam de hemelse geur van versgebakken speculaas. Tjalling kijkt verlekkerd door het ovenruit, de Sinterklaas- en kersttijd hebben iets speciaals, vindt hij. Banketstaven, pepernoten, speculaastaartjes - met de spuitzak draait hij er rozetjes op van crème. Snoepen doen ze niet, luidt de afspraak, maar met zoveel lekkers om je heen valt het niet mee om je in te houden. Een likje crème of een stukje spijs, heerlijk. Het luxe banket gaat naar de winkel, de mensen uit het dorp hebben de bakkerij ontdekt, weet Tjalling. ‘En we bakken natuurlijk koekjes voor de eigen bewoners.’
Nu de productie van de banketbakkerswaren steeds serieuzere vormen begint aan te nemen, heeft werkleider Jelle een speciale koekjesmal laten maken door de technische dienst om Tjalling een beetje te ontlasten. ‘Met behulp van de mal kunnen de anderen nu ook koekjesdeeg snijden. Zo krijgt Tjalling weer meer tijd om andere vaardigheden te leren.’
Tjalling knikt instemmend, hij weet al wat: slagroomtaarten opspuiten. Maar hoor, de
ovenbel gaat, de speculaasjes moeten eruit.
OlmenEs is een gemeenschap voor volwassenen met een verstandelijke beperking centraal in Noord Nederland. Antroposofie is onze basis. Wij bieden zorg, begeleiding en ondersteuning bij het samen wonen, samen werken en samen leven. Voor ons is de persoonlijkheid van de bewoner leidend, niet zijn beperking.